't Kofschip

Hoe werkt 't Kofschip ook alweer?

Tja, 't Kofschip herinnert menigeen zich nog van de lagere school, maar waarvoor was dat ook al weer handig? En om het nog verwarrender te maken wordt er tegenwoordig ook gesproken over een Kofschiptaxietje. Help!
Beiden zijn een ezelsbruggetje om zwakke werkwoorden te vervoegen in de verleden tijd en bij voltooid deelwoorden. Een zwak werkwoord is een werkwoord dat niet van klank verandert in de verleden tijd. Lopen is een sterk werkwoord: ik loop - ik liep. Juichen is een zwak werkwoord.

Stel dat ik een tekst schrijf voor mijn Facebookpagina waarin in wil vertellen dat iedereen enthousiast aan het juichen was. In de verleden tijd krijgt een zwak werkwoord de uitgang -te of -de dus juichte of juichde. Welke is nu goed?

Ik heb een infographic gemaakt waarin dat haarfijn en kort is uitgelegd. Je kunt hem hier bekijken.

Uitleg

Als de medeklinker (even opfrissen: de klinkers zijn a-o-i-u-e en de rest zijn medeklinkers) waar de stam op eindigt (de stam is het hele werkwoord zonder -en) in 't Kofschip zit, dan zet je er -te achter. Alle andere werkwoorden krijgen -de. In dit geval dus juichen min -en is juich-; de -h- zit in 't Kofschip en dus is de verleden tijd van ik juich: ik juichte. Ditzelfde geldt dan ook voor het voltooid deelwoord: ik heb gejuicht.

Maar bijvoorbeeld redden min -en is redd-; de -d- zit niet 't Kofschip en daarom wordt het ik red in de verleden tijd ik redde en in de voltooide tijd: ik heb de man uit zee gered.

En dat Kofschiptaxietje dan? Ook woorden met een stam eindigend op -c, -x of -sj krijgen de uitgang -te. Eigenlijk kun je dat al horen, de stam van faxen is fax- en de -x- klinkt als een -s- en die zit wel in 't Kofschip. Maar voor de duidelijkheid is toen het Kofschiptaxietje bedacht. Of, als je het makkelijker vindt om te onthouden: het XTC-koffieshopje!